Vandaag behandelde de gemeenteraad de zgn. Zomernota. Daarin wordt de (financiële) stand van zaken van de gemeente opgemaakt. Daarbij stelt de raad de kaders vast voor de begroting voor 2013. Hieronder de reactie van Groen Links Hellevoet op de Zomernota.

Hoog ligt de wallenpracht

Laag de kademuur

De molen in de uitverkoop

Lang leve de potcultuur!

De Zomernota schetst een somber beeld van de toekomstige financiële positie van onze gemeente. Zeker als je de bedragen meetelt die hier en daar nog boven de markt zweven. De Zomernota becijfert een nadelig saldo van zo’n 1,2 miljoen per jaar. Aanvankelijk was de uitkering uit het Gemeentefonds nog een donkere wolk, maar uit de juni-circulaire blijkt dat op termijn mee te vallen. Op termijn, de komende jaren leveren nog wel forse nadelen op. Daar komt nog bij de effecten van diverse decentralisaties, door het college voorlopig becijferd op zo’n 6 ton per jaar. Het college is ook voornemens om niet langer rente en kosten door te belasten aan grondexploitaties; dat kost zo’n 8 ton per jaar. En naar aanleiding van de juni-circulaire wil het college toch weer een vorm van interne prijscompensatie, oplopend tot 8 ton per jaar. Bij elkaar koersen we dus aan op een tekort van zo’n 3,5 miljoen per jaar… Tenminste, als je kiest zoals het college kiest. En die keuzes zijn helder: voor projecten en grondexploitaties is altijd en op voorhand geld (linksom of rechtsom); gesubsidieerde organisaties zijn de sluitpost van de begroting. Ook deze keer weer.

Het college kiest in elk geval voor oogkleppen. Ze doet alsof het aantal inwoners de komende jaren gelijk blijft, terwijl een inwonerskrimp voorspelbaar is en in sommige beleidsnota’s al uitgangspunt is.

Zeker achteraf bezien heeft de Zomerbrief uit 2011 vooral voor onnodige paniek gezorgd. Er werden diverse forse voorzieningen voor diverse grondexploitaties getroffen, die bij nader inzien nu toch niet meer nodig zijn. Maar ook andersom. De waardering van diverse grondexploitaties vliegt alle kanten op. Dat maakt de financiële beheersing van onze gemeente niet gemakkelijker.

Het beheer van het gemeentelijk vastgoed is kennelijk onder de maat geweest. Als een duveltje uit een doosje komt nu een bedrag van € 367.500 aan extra benodigd onderhoud per jaar tevoorschijn. Daarbij is het uiteraard nuttig om te zien of sommige gemeentelijke objecten afgestoten kunnen worden, maar het college is hier wel erg voortvarend. Sommige objecten op de lijst zijn bij ons op dit moment zelfs volslagen onbekend. Graag zien wij na de zomer een presentatie van deze objecten, met informatie als

  • Waarom is dit object ooit verworven
  • Wat is nu gebruik/bestemming
  • Wat zijn gevolgen voor gebruikers
  • Toekomstig nut voor toerisme, recreatie e.d.
  • Wat betekent afstoting voor monumentenstatus e.d.

Wij zetten vooral vraagtekens bij het eventueel afstoten van monumenten. Deze genieten weliswaar een wettelijke bescherming, maar die is maar beperkt. Zo zal afstoten ook gevolgen hebben voor de bezoekbaarheid van een monument.

Suggesties:

  • Kritisch doorlichten investeringsplan
  • Niet terugdraaien bezuiniging op bedrijfsvoering ad € 150.000; geen structurele verhoging salarisbudgetten bovenop cao-compensaties
  • Het daadwerkelijk effectueren van een korting van 10% op alle gemeenschappelijke regelingen, zonder verzachtende inflatiecorrecties
  • Kostendekkend maken van het havenbeheer
  • Bezuinigingen subsidies doorvertalen in personele formatie
  • Dalende legesopbrengsten doorvertalen in de bijbehorende kosten
  • Onderzoek naar de invoering van een forensenbelasting
  • Saneren aantal reserves en voorzieningen; weg met de potjescultuur. Zeker geen nieuwe potjes, zoals die rare buffer van ¾ miljoen voor de invoeringskosten van openeinderegelingen. Die invoeringskosten worden vergoed en voor zover er dan nog een risico is hebben we een algemene reserve.
  • Verhoging van de ozb
  • Geen automatische prijscompensatie budgetten
  • Kijk kritisch naar de ondergrens van het benodigd weerstandsvermogen.

De Zomernota gaat hier ten onrechte niet op in. Voor veel grotere risico’s zijn nu forse voorzieningen getroffen. Dat maakt de resterende risico’s kleiner. Concreet stellen we voor om het benodigde weerstandsvermogen voor de komende jaren niet op 60%, maar op 50% van de bruto-risico’s te stellen. Dat komt overigens nog steeds neer op zo’n 8 miljoen en zelfs door die bodem zakt het college nu als fors.

Met het voorgaande beogen wij overigens geen volledige investeringsstop. Met het geld voor verbetering van de verkeerssituatie in Nieuwenhoorn mag het college wat ons betreft morgen aan de slag. En met de totstandkoming van een brede school hoeft het college echt niet te wachten op een vertraagde nieuwbouwwijk.